De Oyenbrugmolen historisch erfgoed
Erf Oyenbrugmolen
In de vroege middeleeuwen zijn de Berthouts heer en meester in Grimbergen en de
verre omgeving. In de Grimbergse oorlog tegen de Graaf van Leuven worden de
heren van Grimbergen gesteund door hun bondgenoten van hoge adel. Allicht
streden toen de ridders van het kasteel van Oyenbrugge aan de zijde van hun
heer.
Reeds in de 14de eeuw was er sprake van een watermolen in de heerlijkheid van
Oyenbrugge. Nabij het kasteel aan de Heymbeek, nu de Maalbeek, stond een
middeleeuwse molen. Vandaag staat er nog een bakhuis dat gebouwd werd op de
resten van dit oude molentje.
De demografische en technologische evolutie in de 16de eeuw maakte een molen met
een groter vermogen noodzakelijk en mogelijk. De Maalbeek werd daarom hogerop in
de vallei gedwongen waardoor een groter verval bekomen werd. Aan de nieuwe oever
werd de nieuwe, grotere molen gebouwd. Vanaf dan kon een middenslagrad de
maalstoel met drie steenkoppels aandrijven. In een continue zoektocht naar het
optimale maalvermogen volgden daarna gedurende drie eeuwen nieuwe raderen elkaar
op.
Kasteel van Oyenbrug
Het kasteel en de molen van Oyenbrugge. Kaartboek abdij Grimbergen
In 1899 kreeg molenaar Emiel Timmermans van de bestendige deputatie van de
provincie Brabant de toelating om het waterrad te verwijderen en zijn molen uit
te rusten met een inwendige turbine. Ook deze aanpassing was het gevolg van
economische veranderingen tijdens de industriële revolutie. Door de concurrentie
met stoommachines en weldra met motoren op fossiele brandstoffen moest immers
gezocht worden naar efficiëntere energieomvormers. De molen werd dus grondig
verbouwd en de maalstoel volledig vernieuwd.
|